We willen onze gewassen graag gezond en vrij van ziektes en plagen houden. Dat is niet altijd gemakkelijk. Voor een optimale bestrijding een paar tips: -controleer of dat deel van het gewas geraakt wordt waar de ziekte / plaag zich bevindt. Luizen: jong / blad (vroeg in het voorjaar evt nog op het oude blad) Spint: onderzijde van het oudere blad (alleen als het enorm is uitgebreid is ook op wat jonger blad) Meeldauw: volledige blad (incl jongere) Vruchtrot: alle bloemen, met name die waar de kelkblaadjes afvallen Aardbeimijt: het hart van de plant -de tijd van spuiten. Er zijn middelen die gevoelig zijn voor licht. Een duidelijk voorbeeld daarvan is de Vertimec. Onder invloed van licht breekt het middel snel af, het is daarom belangrijk om het met name bij wat donkerder weer toe te passen. -veel water dat gebruikt wordt voor gewasbescherming is afkomstig van kraan of sloot. De pH daarvan is in het algemeen vrij hoog (vaak rond de 7). De optimum pH van veel middelen licht rond de 6. Als het water toch een pH van 7 heeft kan dit leiden tot een werking die soms 3-5 keer korter is als bij 6. In verband daarmee is het goed het water dat voor gewasbescherming gebruikt wordt aan te zuren tot een pH van ongeveer 6,0. Kijk wel uit met weersomstandigheden, hardheid van het gewas en mengen. Een betere werking kan ook effect hebben op verbrandingseffecten van middelen op het blad. |
NEDERLANDS > NIEUWS >
